Textiel
Textiel in erfgoedcollecties, hoe gaat u ermee om? Op deze pagina vindt u essentiële informatie en basistips. Wie op zoek is naar gespecialiseerde informatie over behoud en beheer van textiel, vindt onderaan deze pagina tal van leestips en links naar bronnen en literatuur.
Identificeer het textiel
Textiel is een vlag die een erg grote en diverse lading dekt. Het duikt in uiteenlopende vormen op in erfgoedcollecties. Textiel wordt niet enkel gedragen (bv. kazuifels, kostuums, jurken, hoofddeksels ...), maar ook gebruikt in tal van gebruiksvoorwerpen (bv. vlaggen, handtassen, parasols ...). Denk ook aan (grote) wandtapijten en meubelbekleding. De vlakke of driedimensionale vorm bepaalt de manier waarop textiel verpakt en bewaard wordt.
Er bestaan bovendien veel soorten textiel, elk met specifieke eigenschappen en grondstoffen, productie- en weeftechnieken, veredelingstechnieken ... Dat alles bepaalt de gevoeligheid voor bepaalde schadefactoren. Bovendien wordt textiel vaak gebruikt in combinatie met andere materialen (bv. kunststoffen, metalen, leer). Houd er rekening mee dat die soms andere bewaaromstandigheden nodig hebben.
Soms kunt u zelf een stuk textiel identificeren op het zicht of aan de hand van eenvoudige tests. In veel gevallen haalt u er beter een restaurator/conservator bij. Vooral als het om kwetsbare en/of beschadigde stukken gaat, doet u het best een beroep op gespecialiseerde kennis voordat u ermee aan de slag gaat.
Belangrijkste schadefactoren
Schade aan textiel kunt u helaas nooit helemaal vermijden. Maar met aangepaste bewaaromstandigheden kunt u het verval, door zowel interne als externe schadefactoren, wel sterk afremmen. Daar leest u alles over in het hoofdstuk 'De tien schadefactoren'.
De belangrijkste bedreigingen voor uw collectie:
- intern verval door de eigenschappen van de grondstof;
- contact met andere (schadelijke) materialen;
- licht;
- te hoge of te lage temperatuur en relatieve vochtigheid;
- schommelingen in relatieve vochtigheid (vaak in combinatie met schommelingen in temperatuur);
- luchtvervuiling en stof;
- biologische aantasting (insecten en schimmels);
- verkeerde restauraties;
- fysieke schade (scheuren, blijvende vouwen ...) door verkeerde opberging of manipulatie.
Hoe bewaart u textiel?
- Bewaar textiel in een donkere omgeving. Bereken voor tentoonstellingen het maximale lichtkrediet.
- Kies de meest aangewezen bewaarmethode en verpakking. Vraag bij twijfel raad aan een textielspecialist.
- Bewaar textiel bij voorkeur vlak, om te voorkomen dat het bij langdurige bewaring doorscheurt en vervormt. Gebruik deze methode bijvoorbeeld voor fragiele, beschilderde of zwaar geborduurde stukken.
- Kledingstukken die in goede staat verkeren kunt u ook hangend bewaren.
- Grote stukken tweedimensionaal textiel, zoals tapijten en tafelkleden, kunt u opgerold bewaren.
- Geef elk stuk een inventarisnummer en een vaste standplaats en noteer die in het collectie-informatiesysteem.
- Zorg ervoor dat er ruimte is voor natuurlijke ventilatie (niet te dicht opeen bewaren) of laat het textiel af en toe luchten.
- Houd de omgeving vrij van stof en vuil door regelmatig onderhoud.
- Controleer periodiek de toestand van de stukken. Monitor het binnenklimaat en de aanwezigheid van ongedierte en schimmels.
Vlak bewaren
We herhalen nog eens de belangrijkste aandachtspunten bij het verpakken en opbergen:
- Laat het textiel enkel in contact komen met inert of zuurvrij verpakkingsmateriaal, zoals ongebleekt (baal)katoen, tyvek, zuurvrij zijdepapier en ongekleurd keperlint ...
- Scherm elk afzonderlijk stuk af met geschikt verpakkingsmateriaal.
- Scherm versieringen en sluitingen uit andere materialen af van het textiel. U kunt ze omwikkelen met geschikt verpakkingsmateriaal.
- Ondersteun plooien en vul driedimensionale vormen op met een geschikt verpakkingsmateriaal, zoals synthetische watten in tunnelverband of baalkatoen of proppen zuurvrij zijdepapier.
- Vermijd druk op het textiel door teveel te stapelen.
- Denk eraan dat zuurvrij zijdepapier na verloop van tijd toch zuur wordt. Test dit met behulp van een pH-testpen en vervang het tijdig.
Hangend bewaren
Bewaart u het textiel in open rekken? Dan kunt u het beschermen tegen stof en licht met een hoes op maat. Volledig gesloten hoezen verminderen wel de natuurlijke ventilatie: als de omgeving eerder vochtig is, kies dan voor een goed ademende katoenen hoes. Een hoes met een lang pand en een korte zijde is ook mogelijk in een gecontroleerd depot. Dit vergemakkelijkt de visuele controle en de ventilatie.
Opgerold bewaren
Sommige stukken kunnen enkel opgerold bewaard worden. Vraag hiervoor eerst advies aan specialisten. Onderstaand filmpje licht de werkwijze toe.
Heeft u geen hangsysteem om opgerold textiel te bewaren? Maak dan steunen op maat om de rollen te laten zweven of hang ze op met behulp van een gordijnroede.
Meer informatie over kasten en ondersteuningen vindt u op de pagina 'Kasten voor textiel'. Over de geschikte verpakkingsmaterialen leest u meer in het hoofdstuk 'Bewaren, verpakken en transporteren'.
Hanteren en labelen
Meer informatie over hoe u objecten nummert, vindt u in het hoofdstuk 'Nummeren van objecten'. Meer weten over hanteren en transporteren? Raadpleeg het hoofdstuk 'Hanteren en transporteren'.
- Maak de werkplek vrij en schoon.
- Doe voor u begint horloges, juwelen en sjaals uit.
- Hanteer het textiel met handschoenen in witte katoen of nitril (niet-gechloreerd en niet-gepoederd) of was regelmatig uw handen.
- Hanteer de stukken zoveel mogelijk met behulp van de kapstok, de ondersteuning of een katoenen (draag)doek. Als die er niet zijn, ondersteun het textiel dan met beide handen of armen. Voor groot textiel hebt u minstens twee mensen nodig.
- Nummer de stukken in uw collectie. Gebruik hiervoor labels van zuurvrij karton of een katoenen lint dat u beschrijft met een zwarte textielstift en met losse steken op het textiel naait.
- Herhaal dit nummer aan de buitenkant van een hoes of verpakking, of bevestig er een foto aan.
Controle en onderhoud
- U kunt textiel zelf ontstoffen met behulp van een museumstofzuiger. Dit gebeurt best voor het (her)verpakken. Andere vormen van reiniging zijn specialistenwerk.
- Meer informatie leest u op de pagina 'Stof en vuil', in VerzekerDe Bewaring of in de onderhoudsbrochure van Monumentenwacht (zie leestips onderaan).
- Recent onderzoek wijst echter uit dat het gebruik van een zachte borstel om het stof los te maken en richting de stofzuigermond te sturen (dat als praktijk wordt vermeld in verschillende brochures en in het filmpje hieronder) toch een risico inhoudt. Deze techniek drukt namelijk een deel van het stof dieper in de textielvezels. Een beter hulpmiddel zou een miniblaasbalg zijn (te verkrijgen bij speciaalzaken voor fotografie en elektronica).
- U kunt gratis een museumstofzuiger lenen bij de Uitleendienst Erfgoed.
- Controleer het textiel regelmatig op insecten en schimmels. Gebruik speciale insectenvallen voor een systematische monitoring. Stelt u een probleem vast, raadpleeg dan een specialist voor de meest aangewezen behandeling.
De volgende twee filmpjes tonen hoe u stof en sporen van biologische aantasting verwijdert en hoe u textiel zelf kunt invriezen om insecten te bestrijden.
Wat doet u beter niet?
- Manipuleer textiel niet onnodig.
- Schrijf nooit een inventarisnummer rechtstreeks op het textiel.
- Bewaar een stuk textiel nooit in een gesloten plastic zak. Dat is een ideale omgeving voor schimmelgroei.
- Was historisch textiel niet zelf en breng beschadigd historisch textiel (bv. roet) nooit naar een droogkuis. Laat de reiniging over aan een conservator-restaurator.
- Gebruik nooit spelden, lijm, zelfklevende plastiekfolie of plakband om beschadigd textiel te herstellen. Doe hiervoor een beroep op een gekwalificeerde expert.
Deze tekst werd geschreven door Okke Bogaerts voor Depotwijzer.be.