À la recherche du musée perdu
Wanneer is een museum een museum? En wanneer is het dat niet? Een geijkt antwoord is: "als het beantwoordt aan de internationaal aanvaarde museumdefinitie van de International Council of Museums (ICOM)". Was het maar zo eenvoudig.
Waarom organiseerde het internationaal werkcomité ICOFOM van datzelfde ICOM vorige maand dan een conferentie in Parijs over de vraag hoe een museum in de 21e eeuw zou moeten gedefinieerd worden? Waarom loopt dan nog tot 13 augustus een (zeer sterke) tentoonstelling over ‘Het afwezige museum’ in Wiels; en waarom stelden M HKA en S.M.A.K. in het verleden meermaals dat Vlaanderen geen museum voor hedendaagse kunst heeft?
In de blogreeks ‘À la recherche du musée perdu’ ga ik op zoek naar mogelijke betekenissen en visies van en op ‘het museum’. In deze bijdrage introduceer ik ICOFOM en de publicatie Définir le musée du XXIe siècle.
Het raamwerk van ICOM
Voor de Vlaamse beleidscontext is en blijft ICOM zeer belangrijk. Wanneer er in de jaren 1990 in Vlaanderen een eerste museumbeleid werd geschreven, maakten onze beleidsmakers gretig en graag gebruik van het museale raamwerk dat ICOM bood. En ook nadien, toen het museumbeleid versmolt in een geïntegreerd cultureel-erfgoedbeleid, bleef dit kader relevant. Dat is tot op de dag van vandaag het geval, op voorwaarde dat we ook kanttekeningen en kritische vragen (mogen) blijven stellen. Des te krachtiger is het wanneer die vragen van binnenuit worden gesteld zoals ICOFOM, het internationaal comité rond museologie, doet. Dat is immers het signaal dat een organisatie zoals ICOM – niet wars van een zekere vorm van logheid en bureaucratie eigen aan elk instituut van een bepaalde schaal – toch steeds in beweging is en openstaat voor verandering.
ICOFOM: het internationaal comité rond museologie
Defining the Museum for the 21st century
Vandaag de dag is dit comité zeer sterk actief met de organisatie van cutting-edge conferenties en workshops en de publicatie van zeer relevante en actuele museologische publicaties. De jongste conferentie vond plaats in de Sorbonne tussen 9 en 11 juni, en werd i.s.m. ICOM-België georganiseerd onder voorzitterschap van Sergio Servellón.
Sorbonne, Salle Louis Liard, By Gouts - Own work, CC BY-SA 4.0, Wikimedia Commons
Workshop tijdens het congres over de museumdefinitie door Olga Van Oost.
De huidige museumdefinitie van ICOM was het onderwerp van discussie. Een greep uit de vragen:
Is deze definitie houdbaar en relevant? Of dringen aanpassingen zich op? Tot wie richt die definitie zich eigenlijk? Moet de definitie zich op de eerder ‘technische’ museale functies zoals behoud en beheer, onderzoek of communicatie richten of zouden we de definitie niet beter herschrijven en ons focussen op museale waarden waarbij er meer aandacht zou kunnen zijn voor de maatschappelijke rol van musea? Houdt de definitie voldoende rekening met technologische tendensen? Zouden we de notie ‘digitaal’ er ergens moeten aan toevoegen? Moet elk museum zich met al de museale functies even intensief bezighouden? Moet elk museum onderzoek doen of een afzonderlijke afdeling behoud en beheer hebben? Kunnen we het vandaag nog maken om ‘zonder winstoogmerk’ in een museumdefinitie te zetten wetende dat zeer veel musea vandaag de dag gestimuleerd worden om te zoeken naar private en/of aanvullende financiering?
In het volgende blogbericht van deze reeks ga ik dieper in op de bevindingen van dit congres.
Afleveringen van 'À la recherche du musée perdu':
- À la recherche du musée perdu
- Een participatieve visie op collectiewerking van musea
- Een pleidooi voor de museologie