Wat houdt de Unesco-conventie voor het borgen van immaterieel erfgoed precies in?
Het is een wereldwijde primeur, in Parijs op 17 oktober 2003. Daar en dan neemt de Algemene Vergadering van Unesco de Conventie voor het borgen van immaterieel cultureel erfgoed aan. Een primeur, omdat het de eerste keer is dat op internationaal niveau erkend wordt dat praktijken, rituelen, kennis en kunde ook erfgoed zijn.
Deze conventie betekent dus een kantelpunt in het beleid rond cultureel erfgoed. Niet alleen door de erkenning van immaterieel cultureel erfgoed als erfgoed, maar ook door gemeenschappen, groepen en individuen expliciet als cruciaal te benoemen. Het zijn immers gemeenschappen, groepen en individuen die erfgoed borgen (= doorgeven en levend houden). Hoe kwam deze conventie tot stand en wat houdt ze in? Dat is het onderwerp van deze pagina.
De aanloop naar de 2003-conventie
De laatste decennia verandert de wereld in sneltempo. Welke veranderingen hebben een impact op de totstandkoming van de conventie?
De late jaren 1980 en 1990 blijken een vruchtbare voedingsbodem voor (het borgen van) immaterieel cultureel erfgoed: de Koude Oorlog loopt op zijn laatste benen (1989), de Berlijnse muur valt in datzelfde jaar en in 1991 houdt de Sovjet-Unie op te bestaan. Er is de snelle expansie van de vrijemarkteconomie, de opkomst van communicatietechnologieën, etc. Het gevolg: de wereld transformeert in een meer uniforme economische en culturele ruimte. Deze ontwikkeling zorgt er op haar beurt dan weer voor dat landen meer belang hechten aan en aandacht tonen voor hun 'traditionele' culturen en praktijken, waarmee ze zich kunnen onderscheiden van andere landen.
Er zijn natuurlijk ook specifieke ontwikkelingen op het vlak van internationaal erfgoedbeleid die hun stempel drukken:
Eind jaren 1990 komt alles in een stroomversnelling: er is de blijvende vraag naar een internationaal, bindend beleid én er is hiervoor een groot draagvlak bij Unesco. Met het gekende gevolg: op 17 oktober neemt de Algemene Vergadering de conventie voor het borgen van immaterieel cultureel erfgoed aan.
De inhoud van de conventie: een aantal aspecten uitgelicht
Het doel
- borgen van immaterieel cultureel erfgoed in en door gemeenschappen, groepen en individuen in een context van duurzame ontwikkeling en wederzijds respect;
- gemeenschappen, groepen en individuen betrekken in alle acties betreffende hun erfgoed en het versterken van deze gemeenschappen, groepen en individuen;
- het versterken van culturele diversiteit, menselijke creativiteit, wederzijds begrip en internationale samenwerking.
De definitie van immaterieel erfgoed
"Het immaterieel cultureel erfgoed betekent zowel de praktijken, voorstellingen, uitdrukkingen, kennis, vaardigheden als de instrumenten, objecten, artefacten en culturele ruimtes die daarmee worden geassocieerd, die gemeenschappen, groepen en, in sommige gevallen, individuen erkennen als deel van hun cultureel erfgoed. Dit immaterieel cultureel erfgoed, overgedragen van generatie op generatie, wordt altijd herschapen door gemeenschappen en groepen als antwoord op hun omgeving, hun interactie met de natuur en hun geschiedenis, en geeft hen een gevoel van identiteit en continuïteit, en bevordert dus het respect voor culturele diversiteit en menselijke creativiteit. In deze conventie wordt uitsluitend rekening gehouden met het immaterieel cultureel erfgoed dat zowel compatibel is met bestaande internationale instrumenten voor mensenrechten als met de vereiste van wederzijds respect tussen de gemeenschappen, groepen en individuen, en met duurzame ontwikkeling."
Vijf (inter alia) domeinen van immaterieel erfgoed
Blijft deze definitie wat abstract? Om ze wat meer handen en voeten te geven, formuleerde Unesco vijf (inter alia) domeinen:
- Orale tradities en uitingen, met inbegrip van taal als drager van immaterieel erfgoed
- Podiumkunsten
- Sociale gebruiken, rituelen en festiviteiten
- Kennis en kunde op het vlak van de natuur en het universum
- Traditioneel vakmanschap
Belangrijke kanttekening: praktijken kunnen zich in één domein bevinden, meerdere domeinen bestrijken of in een totaal andere categorie vallen, vandaar de inter alia (= onder meer).
Twee Lijsten en een Register
Deze conventie draait helemaal rond het borgen van immaterieel erfgoed, het in leven houden en doorgeven ervan. Welke mechanismen zijn in de conventie ingebouwd om dit mogelijk te maken? Net als de Werelderfgoedconventie werkt ook de 2003-conventie met het principe van lijsten om hun doeleinden mee te bewerkstelligen:
- De Representatieve Lijst van Immaterieel Cultureel Erfgoed van de Mensheid: de meest bekende lijst. De Representatieve Lijst omvat immateriële erfgoedelementen die de diversiteit van immaterieel erfgoed mooi aantonen en het bewustzijn over de waarde ervan vergroten.
- De Lijst van Immaterieel Cultureel Erfgoed met Nood aan Dringende Borging: deze lijst is samengesteld uit immaterieel erfgoed waarvan betrokken gemeenschappen en staten vinden dat er dringende maatregelen nodig zijn om het in leven te houden. Opname op deze lijst vergroot de kans op internationale samenwerking en ondersteuning, zodat dringende borgingsmaatregelen getroffen kunnen worden.
- Het Register van Goede Borgingspraktijken: dit Register bevat programma's, projecten en activiteiten die de principes en doelstellingen van de conventie het best weerspiegelen.
Via deze link raadpleegt u alle elementen en praktijk die op de verschillende lijsten staan. Via de website van de Vlaamse Unesco Commissie leest u meer over het immaterieel erfgoed in Vlaanderen op de Unesco lijsten.
Basisprincipes
Vaak spreekt men over 'de geest van de conventie', wat op zich vrij abstract taalgebruik is. Wat wil dat precies zeggen? Via de flash cards zoomen we in op een aantal basisprincipes, die 'de geest van de conventie' goed weergeven:
Hoe benadert de Werelderfgoedconventie van 1972 erfgoed? En hoe denkt de 2003-conventie voor het borgen van immaterieel erfgoed over erfgoed? Deze tabel geeft de verschillen weer: