Leestip: 'Christiane Thijs. Een biografie'
Christiane wie? U kent haar niet: een doodgewone vrouw die haar leven leidde in haar geboortestad Sint-Niklaas. Tot mesothelioom (asbestkanker) er ruw een punt achter zette.
Auteur en recensent Johan de Vos heeft iets met de hoofdstad van het Waasland. Sinds vijf decennia is ze niet alleen de plaats waar hij woont en werkt, maar ook het voorwerp van zijn (vaak scherpe) observaties. Zo schreef hij er in 2017, naar aanleiding van de 800e verjaardag van de stichting van Sint-Niklaas, een boek over.
Deze biografie is daar in zekere zin een vervolg op. Daar waar de Vos in Het boek van Sint-Niklaas sterk uitzoomde om de ‘ziel’ van de stad te vatten, richt hij nu al zijn aandacht op één persoon en haar naaste familie. Al zat de kiem van zijn jongste worp al in Het boek van Sint-Niklaas, wanneer hij het had over de asbestproductie en de kwalijke gevolgen ervan. Met name over de slachtoffers, (het gebrek aan) de verontwaardiging daarover en de omertà die er als een dreigende waas omheen hangt. Zijn nieuw boek brengt een poëtisch, in zijn alledaagsheid indrukwekkend en bij momenten ook aangrijpend levensverhaal. En jawel, die ronkende adjectieven zijn hier beslist op hun plaats, gezien de aanpak, de schrijfstijl en het opzet van het boek.
"Belgen gebruikten per inwoner het meeste asbest ter wereld. Het heeft met geld te maken en het moet ons niet verwonderen dat het onderwerp taboe is. De bedrijven, de overheid en zelfs de bevolking zwijgt erover. Het is ‘lastig erfgoed’.”
Een herkenbaar levensverhaal
Terug naar het boek. Johan de Vos, bestuurder bij Stoff vzw, schetst het leven van Christiane Thijs (1943-1988), tot dusver een voor de buitenwereld doodnormale, onbekende Sint-Niklase vrouw. Een dochter, buurvrouw, vriendin, echtgenote en moeder die in vier textielfabrieken werkte. Haar levensverhaal is het kader waarin grote maatschappelijke omwentelingen plaatsvonden, op het vlak van onderwijs, (vrouwen)emancipatie, materiële welstand, vrije tijd en nog zoveel meer. Het is een ongetwijfeld voor velen erg herkenbaar verhaal over een mensenleven.
De Vos start met haar geboorte en eindigt met haar ziekte en dood, en stoffeert het verhaal met foto’s uit het familiearchief. Die (vaak verfomfaaide en verbleekte) beelden waren voor hem de ijkpunten waarmee hij het verhaal uitzet. Hij kijkt ernaar, interpreteert en nodigt de lezer uit om hetzelfde te doen. 'Geluk is gevaarlijk’, luidt de titel van een boek van Rutger Kopland en een van de hoofdstukken. Daarmee verwijst de Vos naar hoe Christiane Thijs naar alle waarschijnlijkheid mesothelioom heeft opgelopen. Zelf werkte ze nooit bij asbestproducent SVK, maar haar vader wel. Toen die na een dag werken terug thuiskwam, klopte de veertienjarige Christiane zijn kleren uit en waste ze die op het koertje achter hun huis. Kleren die vol hingen met asbestvezels. Een huiselijk tafereel, niets meer of minder. Maar met dodelijke gevolgen, decennia later.
Zoals gezegd is de Vos een groot stilist. Hieronder een stukje van de flaptekst, bij wijze van proeve:
"Christiane is mooi. Ze staat daar zoals ze daar staat, midden in het grauw van het atelier. Het is er vol, arbeidsters en breimachines dicht bijeen. Ze draagt een schort met zakken en zonder mouwen, een witte T-shirt (het is maar met een driehoekje te zien), de armen los langs haar lijf. De schoonheid van Christiane is haar uitstraling. Iemand zijn, rechtop, met licht in de ogen en lippen die ernstig zijn en zonder iets te vragen. De mensen die haar kennen zeggen het: ‘Christiane heeft iets’."
Ons oordeel? Door zijn gedegen historisch onderzoek (in archieven, maar ook met mondelinge geschiedenis) en de manier waarop de auteur met lichte toetsen en trefzeker verwoord dit verhaal brengt een absolute leestip voor elke erfgoedwerker (en iedereen die interesse heeft in de asbestproblematiek en de mensen die daarbij zijn betrokken). Het is ook een eerbetoon en blijvend aandenken aan een medemens die veel te vroeg gestorven is. Indrukwekkend, we schreven het al.
Christiane Thijs. Een biografie kost 16 euro en is te koop bij ETWIE, in het Industriemuseum en in de betere Sint-Niklase boekhandels.