Hoe organiseer ik een zelfevaluatie door mijn raad van bestuur?

schaakspel

Goed bestuur is een belangrijk aandachtspunt in onze sector. Daarom is het aan te raden om minstens één keer per beleidsperiode een zelfevaluatie te ondernemen en verbeterpunten aan te pakken. Maar hoe organiseert u zo’n gesprek met uw raad van bestuur? Dit blogbericht reikt u zes methodieken en vele voorbeelden aan. Beginnen doen we met de vraag: wat is dat nu eigenlijk, een zelfevaluatie?

Wat is zelfevaluatie?

Zelfevaluatie is duidelijk verschillend van een externe inspectie of een audit. Bij een zelfevaluatie neemt de raad van bestuur zelf de beslissing om te bekijken waar men staat. Volgens een bepaalde systematiek leert de raad over de eigen plus- en minpunten. Zo’n zelfevaluatie is geen doel op zich, maar moet aanleiding geven tot verbeterprojecten. Een zelfevaluatie is veiliger dan een externe audit. Het bevordert de dialoog en daardoor ook het ownership en de verbondenheid met de organisatie.

Een zelfevaluatie is dus geen evaluatie van de raad van bestuur door de staf. Het is evenmin de bedoeling dat de raadsleden het eigen blazoen extra gaan oppoetsen. Wil men leren en verbeteren, dan moet men eerlijk zijn met  zichzelf. Dat kan binnen het concept van zelfevaluatie, want de resultaten blijven intern.

Meer achtergronden over de filosofie van zelfevaluatie vindt u in deze handleiding. Toegepast op (Nederlandse) raden van bestuur is deze checklist een aanrader.

Wie, wat, waar en wanneer?

Bij het bepalen van een goede formule voor zelfevaluatie spelen een aantal elementen een rol. Ik som ze even voor u op:

Schema
  • Wat wilt u evalueren? Wilt u een globale evaluatie houden van de werking, of een specifieke topic uitwerken, zoals de taakverdeling binnen het bestuur of het aftredingsrooster? De hele Code Bilsen of aspecten daarvan?
  • Wie gaat evalueren? Heeft u een zeer informele raad van bestuur, of juist een formeel denkende groep mensen? Stem uw werkvorm op die verwachtingen af. Een raad van bestuur die graag oordeelt op basis van cijfers heeft cijfermateriaal nodig; mensen die vooral willen debatteren, willen weer een andere werkvorm. Er zijn misschien ook groepen die graag een spelformule willen uitproberen?
  • Waar en wanneer? U kunt de evaluatie plannen tijdens een van de gebruikelijke vergadermomenten. Evenzeer kan het een goed idee zijn om een apart moment uit te trekken voor een grondige evaluatie (een strategische denkdag bijvoorbeeld). En waarom niet op een bijzondere locatie? Op die manier nemen de raadsleden vanzelf al wat meer afstand tot de praktijk.

Hoe?

Hieronder volgen zes types werkvormen die u kunt inzetten. Sommige zijn heel formeel, andere eerder informeel. Zoals gezegd moet u bekijken welke sfeer uw raadsleden nodig hebben om open in gesprek te gaan. Een interessante toolbox vol suggesties voor werkvormen is de code of governance toolkit.

Online enquête

De bestuursleden via een online survey bevragen over de werking van de raad van bestuur heeft als voordeel dat iedereen anoniem kan reageren. Deze bevraging verloopt ook relatief snel en levert overzichtelijke cijfers op om nadien verder te bespreken tijdens een vergadering. Anderzijds kan het ook wat afstandelijk en zelfs formalistisch overkomen. De vraag is ook of alle bestuurders wel bereid zijn om de enquête in te vullen.

Goedbestuur.be biedt een standaardbevraging aan, maar u kunt natuurlijk ook zelf een bevraging organiseren via Google Forms over SurveyMonkey. Baseer u voor de vraagstelling bijvoorbeeld op:

Een checklist

Met (een deel van) de bestuursleden een checklist overlopen, biedt houvast. Dit kan een goede manier zijn om te bekijken hoever men staat ten opzichte van de theorie van goed bestuur. Ideaal dus als eyeopener, of als houvast en laatste controle nadien.

Matrix

Om beslissingen te nemen over de taakverdeling tussen de verschillende bestuursorganen kan een matrix handig zijn.

U kunt een checklist voorbereiden en overlopen, of de deelnemers een matrix laten maken (zoals aangegeven in de code of governance toolkit pagina 19).

Stellingen stemmen

Een groepsgesprek over goed bestuur in gang zetten kan aan de hand van straffe stellingen. Ideeën voor stellingen vindt u bijvoorbeeld in de checklist voor social-profitorganisaties, in deze presentatie en u kunt ook de richtlijnen van de Code Bilsen omzetten in stellingen. De stemming zelf kunt u op verschillende manieren aanpakken:

  • u kan mensen laten stemmen via handopsteking of werken met groene en rode kaarten;
  • via gratis tools als kahoot en nearpod kunnen de raadsleden via hun smartphone stemmen. U projecteert het resultaat dan plenair;
  • voor informelere groepen kan het een idee zijn om mensen op een lijn hun positie te laten bepalen;
  • een tussenvorm is het werken met dotmocracy-formulieren waarop mensen schriftelijk kunnen aangeven hoe ze tegenover een bepaalde stelling staan;
  • u kunt het stellingenspel ook als een quiz verpakken, zoals in deze handleiding (pagina 13).

Worldcafé

Met deze formule legt u vragen voor aan kleine doelgroepjes. Per tafel voorziet u een tafelvoorzitter die noteert en de discussie modereert. Na twintig minuten schuift de groep door. De voorzitter blijft zitten, ontvangt een nieuwe groep en legt de vraag opnieuw voor, aangevuld met de suggesties uit de eerste groep. In totaal kunt u zo drie rondes doen. U kunt hierop variëren door niet door te schuiven, maar mensen langer over één topic te laten doorpraten. Of u kunt alle deelgroepen dezelfde vraag geven en hierover laten terugkoppelen naar het plenum. Inspiratie voor vragen en werkwijze vindt u bijvoorbeeld in de Code Bilsen en in de code of governance toolkit (pagina 32).

Leren van anderen

Goede (en minder goede) voorbeelden van anderen maken de invulling goed bestuur een stuk concreter. Denk aan voorbeelden van huishoudelijke reglementen, van transparante documentenflows of de manier waarop anderen het overleg met de stakeholders organiseren. Google dus en ga op zoek naar interessante cases (of bel FARO). U kunt deze voorbeelden op papier analyseren of een gesprekspartner uitnodigen om hierover te vertellen. Lijst per voorbeeld op wat de sterke punten zijn, wat u minder goed vindt en vooral: welke elementen u wilt meenemen in uw eigen werking. Voorbeelden van aftredingsroosters vindt u in de Code Bilsen en bij de cultural governance toolkit. In die laatste toolbox vindt u ook materiaal over het opstellen van een jaarkalender of een jaarverslag. Handig, want zo hoeft u zelf het warm water niet uit te vinden.

Mixen maar

DJ mix

De bovenstaande formules kunt u naar believen formeler of informeler maken. Deze keuze van de juiste werkvorm hangt af van de inhoud van de vraag en van de sfeer in de raad van bestuur. Uiteraard spelen ook de locatie en het moment waarop de evaluatie plaatsvindt een rol.

Natuurlijk kunt u bovenstaande elementen naar hartenlust combineren:

  • Zo kunt u bijvoorbeeld starten met een online bevraging, de resultaten verder uitdiepen in een worldcafé en afsluiten met een matrix-oefening.
  • Of u start met een checklist, vervolgens projecteert u stellingen en kleine groepjes gaan daarna aan de slag met een verdere vraag.
  • Of u begint met stellingen, leert daarna van anderen en werkt daarna een checklist uit.

Ook kunt u de oefeningen spreiden over verschillende groepen, en bijvoorbeeld de checklist eerst met uw voorzitter bekijken, vervolgens een evaluatie doen met de voltallige raad van bestuur en ten slotte met een kleine deelwerkgroep een huishoudelijk reglement opstellen.

Advies nodig?

Elke raad van bestuur heeft nood aan een unieke 'blend' voor deze oefening. Ik help u graag verder om een gepaste werkvorm te vinden. Geef een seintje en dan kan ik u alvast toegang geven tot een thematisch geordende toolbox. Na een gesprek kan ik u op basis daarvan adviseren over een goede werkwijze.

Jacqueline van Leeuwen