Fan­fa­re­cul­tuur en mo­le­naars­am­bacht er­kend als im­ma­te­ri­eel erf­goed

Koperblazers. Vince Veras via Unsplash

De Inventaris Vlaanderen van het immaterieel cultureel erfgoed geeft een overzicht van ons niet-tastbaar erfgoed: onze kennis, gewoontes, gebruiken en praktijken die dermate belangrijk zijn dat we ze koesteren om aan volgende generaties te kunnen doorgeven. Vanaf nu maken de fanfarecultuur en het historische molenaarsambacht hier ook deel van uit en behoren ze officieel tot het immaterieel erfgoed in Vlaanderen.

Fan­fa­re­cul­tuur

Fanfares zijn onlosmakelijk verbonden met het lokale culturele leven in Vlaanderen. Deze orkestvorm met koperblazers, saxofoons en slagwerk ontstond in onze contreien. Vooral de aanwezigheid van saxhoorns maakt de fanfare bijzonder. Dankzij de innovaties van de Brusselse instrumentenbouwer Adolphe Sax kent de fanfare sinds het midden van de 19e eeuw z’n speciale klankkleur en grote succes.

Kenmerkend voor de fanfarecultuur is het verenigingsleven. Fanfares brengen mensen uit alle lagen van de bevolking samen. Samen maken ze muziek en plezier, zowel binnen de vereniging als daarbuiten, bij optredens op straat of in een concertzaal. Dat gebeurt meestal bij lokale festiviteiten en herdenkingen, wat meteen ook de sterke band met het lokale leven in onze steden en gemeenten aantoont.

Anno 2020 telt Vlaanderen iets meer dan driehonderd fanfares. Daarin komen duizenden muzikanten samen om zich artistiek te ontplooien en muzikaal te groeien. De opname op de Inventaris Vlaanderen zet de fanfarecultuur in de kijker en vormt een stimulans om blijvend zorg te dragen voor dit immaterieel erfgoed.

Mo­le­naars­am­bacht

In het graafschap Vlaanderen verscheen rond 1180 de eerste houten, draaibare windmolen ter wereld. Eeuwenlang werden molens ingezet om graan te malen, zaden te pletten of polders droog te houden. Ze waren een onmisbare schakel in de voedselvoorziening en de motoren van onze economie. Tot pakweg tachtig jaar geleden stonden boeren met kar aan te schuiven aan de duizenden molens die Vlaanderen toen nog telde. Door de opkomst van diesel- en elektromotoren vielen de meeste molens na de tweede wereldoorlog stil. Vele traditionele wind- en watermolens verdwenen uit het landschap. Ook de beroepsmolenaars hielden er een voor een mee op. Het molenaarsambacht was met uitsterven bedreigd. Gelukkig ontstond er een nieuwe soort molenaar: de vrijwillige molenaar.

De eerste vrijwillige molenaars kregen hun opleiding van de laatste beroepsmolenaars. Nu zijn er in Vlaanderen ook cursussen om nieuwe vrijwilligers op te leiden. De vrijwillige molenaars laten onze ambachtelijke molens draaien. Zo blijven de nog bestaande molens in goede staat en kunnen dure restauraties worden vermeden. Tot grote voldoening van buurtbewoners, toeristen en erfgoedzorgers houden deze vrijwillige molenaars het Vlaamse molenpatrimonium levend. Verschillende molenaarsverenigingen zetten zich in om de vakkennis naar volgende generaties over te dragen. De opname op de Inventaris Vlaanderen geeft niet alleen erkenning aan het historische ambacht, maar ook aan de huidige en toekomstige beoefenaars die onze molens als werkende monumenten in stand houden.

Bron: Departement CJM
Foto: Koperblazers, Vince Veras via Unsplash

Elien Doesselaere