Archiving 2010 | Digitale foto’s archiveren … op papier

Digitale fotocamera's

De digitale fotografie heeft de technieken om foto’s op papier af te drukken sterk veranderd. Analoge foto’s werden vroeger ontwikkeld door een fotograaf, digitale foto’s kan men zelf afdrukken. De foto-industrie heeft de voorbije twintig jaar allerhande apparaatjes op de markt gebracht waarmee digitale foto’s onmiddellijk na het fotograferen kunnen afgedrukt worden. Hiervoor worden de meest uiteenlopende drukprocedés gebruikt. Vaak zijn deze apparaten maar een korte periode op de markt, waarna weer een ander apparaat met een andere afdruktechniek wordt gelanceerd. 

Vanuit duurzaamheidsoogpunt bekeken, stelt dit erfgoedinstellingen voor een probleem. Afhankelijk van de gebruikte afdruktechniek en het gebruikte papier zijn immers andere bewaaromstandigheden nodig. Bovendien blijken deze afdrukken vaak niet tijdsbestendig. Door de wildgroei aan drukprocedés is het bewaren van deze afdrukken niet eenvoudig. Vaak zijn de drukprocedés amper of niet gedocumenteerd. Men moet bovendien in staat zijn het gebruikte procedé te herkennen.

De gebruikte terminologie m.b.t. het afdrukken van foto’s is alles behalve uniform. Voor hetzelfde procedé worden verschillende namen gebruikt. Een afdruk met een inktjetprinter bijvoorbeeld staat ook bekend onder de namen 'giclée', 'plot', 'bubble-jet', 'piezo print' en 'pigment print'. Ook de verbreding van de betekenis van bestaande begrippen draagt niet bij tot duidelijkheid. 

Dit onderwerp werd tijdens Archiving 2010 besproken door Martin Jürgens. Hij was zelfstandig fotorestorateur te Hamburg en is nu werkzaam bij het Rijksmuseum Amsterdam. Zijn presentatie had de titel: 'Wat is een foto vandaag (en wat is het niet)?'

Jürgens publiceerde vorig jaar twee boeken over het conserveren van afdrukken van digitale foto’s: 

  • The Digital Print: A Complete Guide to Processes, Identification and Preservation. Thames & Hudson, 2009. ISBN 9780500514986
  • The Digital Print: Identification and Preservation. Getty Conservation Institute, 2009. ISBN 978-0-89236-960-7
Jeroen Poppe