Valentijn: een schoolvoorbeeld van een uitgevonden traditie

Op 14 februari viert men wereldwijd Valentijnsdag. Het is de ‘dag der verliefden’, en net zoals bij andere belangrijke en betekenisvolle feestdagen (zoals Kerstmis en Pasen) uit de kalender kun je er niet omheen in het straatbeeld. Cupido’s, hartjes in alle maten en soorten en andere ‘liefdesmotieven’ sieren etalages en diverse andere plekken.

Bloemen-, pralines- en talloze andere handelaars doen op 14 februari gouden zaken. Het ‘hoort’ om op Valentijn je geliefde – of degene op wie je stiekem verliefd bent – te verrassen met een attentie. Een kaartje, een lekkernij, een etentje of een andere blijk van affectiviteit. Maar... vanwaar komt dit gebruik nu eigenlijk?

In de Angelsaksische wereld gaat dit feest eeuwen terug. Bij ons en verschillende Europese buren doken Valentijn en zijn liefdevolle boodschap pas op vanaf de jaren 50 van de voorbije eeuw – of zelfs nog later. Sint-Valentijn had tot de hervorming van de heiligenkaldender in 1969 zijn vaste stek op 14 februari. Die dag gold immers als het moment waarop in de 3e eeuw twee christenen – die heel toevallig allebei Valentinus heetten – omwille van hun geloof werden terechtgesteld. De ene Valentinus was priester in Rome, de andere bisschop in Terni. Maar echte zekerheid over de historische authenticiteit van dit verhaal is er niet. Vanaf de jaren ’50 werd er dan ook maar een verhaal verzonnen om die ‘patroon der geliefden’ van de nodige context te voorzien. In de media doken vanaf die periode artikels op over ene ‘broeder Valentijn’, die in de duistere middeleeuwen – vandaar dat het niet met zekerheid kon gezegd worden – in een klooster in Italië tuinier was. Verliefde koppeltjes die hem kwamen opzoeken, schonk hij rozen uit zijn tuin… Anders gezegd: een schoolvoorbeeld van een uitgevonden traditie

Maar de echte, oudste verwijzingen van hetgeen we vandaag vieren als ‘Valentijnsdag’ gaan terug naar het Engeland van de 15e eeuw. Geliefden uit de betere kringen noemden elkaar 'valentine' of schonken elkaar een 'valentine', een soms kostbaar cadeau. Rond 1660 verwijst de Londenaar Samuel Pepys – een 17e-eeuwse ooggetuige, beroemd omwille van zijn levensechte dagboeken –  het gebruik enkele malen in zijn dagboek. Vanaf de tweede helft van de 18e eeuw gaan verliefden elkaar op Valentijnsdag zelfgemaakte kaarten sturen met een kort liefdesgedicht. Vooral in de tweede helft van de 19e eeuw waren deze kaarten, in Engeland en ook in Amerika, buitengewoon populair.

Vandaag de dag bestaan er eindeloze invullingen van het Valentijnsgebeuren. Op restaurant kun je in de week van 14 februari een Valentijnsmenu eten, reisagenten bieden ‘Valentijnsuitstapjes’ uit… Even ‘Valentijn’ ingeven in een zoekmachine en je krijgt een enorme waaier van door Valentijn geïnspireerde ‘mogelijkheden’. Het wordt vast moeilijk om aan dat Valentijnsbombardement te ontsnappen!

Afbeelding: Engels Valentijnskaartje uit de jaren 50.

Vrije tags
volksverhaal
Erfgoeddag 2010
FAKE?
constructie
traditie