Kijken naar de tijd: historiciteitsregimes

Afbeelding met de revolutionaire waarden: vrijheid, gelijkheid en broederlijkhei
Cover van een boek van François Hartog

Tot 1789 was in het trio verleden/heden/toekomst het verleden maatgevend, van 1789 tot eind 20e eeuw was dat ‘de toekomst’, en sinds kort voert ‘het heden’ de boventoon. Als deze stelling van de Franse historicus François Hartog klopt, kunnen we allerlei intrigerende vragen stellen: bestond er erfgoed vóór 1789? Waarom werd erfgoed in de 19e en 20e eeuw bewaard? En hoe kunnen we de huidige hype verklaren?


Bekentenis van een gebruiker. Pleidooi voor A1-doping voor de erfgoedwerker: het geval-Hartog

Ik beken. Ik ben een gebruiker. Ik laat het spul op geregelde tijdstippen gewoon bij mij thuis leveren, tegen betaling. Ja, ik ben al jaren geabonneerd op Annales. Histoire, Sciences Sociales. Iedere erfgoedwerker zou zichzelf – in zijn vrije tijd – naar eigen smaak en volgens zijn interesses geregeld (A1-)infusen moeten gunnen van levenslang leren en internationaal geprikkeld worden. A1-doping in de oorspronkelijke betekenis van het woord: stimulerende en zelfs geestesverruimende middelen. (A1 is de hoogste ranking die een wetenschappelijke publicatie kan krijgen. Het woord ‘doping’ komt uit het 17de-eeuwse Nederlands. Het verhaal gaat dat immigranten uit Holland van de indianen in het begin van de 17e eeuw een verder onbekende dikke saus, ‘doop’, kregen en daardoor de kracht en bevlogenheid vonden om te bouwen aan hun toekomst en Fort Nassau op te trekken, waar Nieuw Amsterdam en later New York uit gegroeid zijn.) De dikke saus van een moeilijk topartikel kan soms wonderen doen om meerdere lagen te ontwaren, ook in het thema voor de Erfgoeddag. Zo’n vorm van gecontroleerde en goedgekeurde intellectuele doping zou voor iedereen voorgeschreven moeten worden. Het argument “ik heb daarvoor geen tijd” is een drogreden of zelfs flauwekul voor wie (gepassioneerd) bezig is met erfgoed en geschiedenis, dus met de eeuwigheid of met scheepjes op zeeën van tijd.

Er zijn diverse artikelen die ik zo jaar in jaar uit onder ogen krijg, lees en me toe-eigen. Ze beïnvloeden mijn werk. Ik stel er hier ééntje kort voor. De auteur van het pareltje is een specialist in de klassieke Griekse geschiedenis, François Hartog. Het betrokken artikel, met de titel 'Temps et histoire.Comment écrire l’histoire de France?' verscheen in Annales. Histoire, Sciences Sociales van 1995 (voor wie het wil nakijken: pp. 1219-1236; ook als PDF te downloaden op www.persee.fr, zoekterm Hartog). De directe aanleiding, zoals de ondertitel van het artikel suggereert, was het verschijnen van de monumentale reeks over geheugenplekken en -boeien in Frankrijk: Lieux de mémoire (1984-1993) van Pierre Nora. De context is niet onbelangrijk. 1995, dit betekent dat 9/11/2001, de val van de tweelingtorens, nog moest plaatsvinden. De even spectaculaire, maar minder bloedige implosie van de Berlijnse muur (1989) en de bijbehorende communistische regimes lag nog vers in het geheugen.

In Frankrijk was de brede patrimoine-beweging sinds de vroege jaren 1980 op kruissnelheid geraakt en zelfs in het vizier van het gild van academische historici gekomen. Van het verleden over de toekomst naar het heden: drie ‘regimes’ Waarom moet u dat allemaal weten? Omdat François Hartog in zijn artikel een bijzonder interessant leesraster introduceert, dat van pas kan komen bij de reflectie over Erfgoeddag  en dat sommigen misschien zelfs kan helpen te begrijpen waar het begrip ‘erfgoed’ nu precies rond draait.

Geschiedenis als voorbeeld

Het raster is grotendeels ontleend aan Reinhart Koselleck, maar werd verder uitgewerkt tot een verhaal over historiciteitsregimes. De Duitse historicus Koselleck onderzocht de geschiedenis van begrippen zoals ‘burgerij’, ‘revolutie’, ‘vooruitgang’ of ‘toekomst’. In zijn reflectie over het woord ‘geschiedenis’ wees hij op het in het verleden zeer krachtige en zeer overtuigende principe dat onder andere door Cicero werd geformuleerd: “historia magistra vitae”. Geschiedenissen werden gebruikt als een repertoire van sterke voorbeelden waarmee krachtige lessen en vertogen konden worden opgebouwd en met succes ingezet in het heden. Koselleck stelde ook vast dat het woord ‘Geschichte’ in het Duits in de loop van de 18e en de 19e eeuw steeds meer veld won en van meervoud (geschiedenissen) naar enkelvoud (de geschiedenis) evolueerde. Het was de periode van de grote verenkelvoudiging: van vrijheden naar dé Vrijheid, van de rechten naar het Recht, van de revoluties of omwentelingen naar dé Revolutie.

Hartog werkte dit idee verder uit om het fenomeen van de Franse Revolutie te begrijpen: in de West-Europese geschiedenis is dat een breekpunt of breukvlak. Zo kwam hij tot het begrip ‘historiciteitsregime’: een omschrijving van de manier waarop een maatschappij omgaat met de tijd, meer bepaald met de relatie tussen verleden, heden en toekomst. Hij suggereerde dat het ancien régime gekenmerkt is door het zogenaamde ‘oude historiciteitsregime’, waarbij het verleden de toekomst verlicht: hoe ouder en verder terug in de tijd, hoe krachtiger en overtuigender. Al dan niet bewijsbare continuïteit en de traditie waren belangrijk: oude stambomen die tot Karel de Grote teruggingen, indrukwekkende middeleeuwse stichtingsaktes…


De toekomst zal het ons leren...

Met de Franse Revolutie (1789) begon het zogenaamde ‘nieuwe historiciteitsregime’: niet langer het verleden maar de toekomst zal het ons leren. Die toekomst verlicht het verleden en het heden, en zou anders en beter zijn dan het verleden, een heel andere visie dan het in het oude regime dominerende idee van ‘bewegingen binnen eenzelfde cirkel’. Bovendien is het nieuwe historiciteitsregime het tijdperk waarin -ismen worden ontwikkeld en een enorme invloed gaan uitoefenen. Met zulke -ismen, die een verbetering in de toekomst centraal stellen, kunnen allerlei zaken in het heden ‘gerechtvaardigd’ worden. Denk aan liberalisme, socialisme, fascisme, communisme enzovoort. 1989 was niet alleen het jaar waarin de muur viel, maar ook van de viering van de Bicentenaire (twee eeuwen Franse Revolutie), wat in Frankrijk grote proporties aannam en een grondige reflectie over geschiedenis en geheugen op gang bracht. In 1996 suggereerde Hartog al voorzichtig dat de contouren van een nieuwer historiciteitsregime zichtbaar werden.

Dit heeft hij sindsdien verder uitgewerkt in diverse artikels en boeken. Zeer eenvoudig gesteld komt het hierop neer: in de eeuwen voor 1789 was het verleden het belangrijkste en krachtigste in het trio verleden/heden/toekomst, tussen ‘1789’ en ‘1989’ (geen precieze maar een symbolische einddatum; hij staat evengoed voor de late jaren 1970 of de doorbraak van het wereldwijde web) was de toekomst het belangrijkst, en ‘vandaag’ (de jaren 1990 en de 21e eeuw) is dat het heden. Het – wereldwijd – op het scherm ‘life’ vliegtuigen zien crashen tegen de WTC-torens in New York is daarvan een icoon: het draait om het nu. Real time.

Krachtige teksten en erfgoedvragen

Het (hier heel ruw weergegeven) leesraster is voor veel kritiek vatbaar, maar reikt ook erg prikkelende inzichten aan en leidt tot allerlei nieuwe hypothesen. Het biedt mogelijkheden voor  spannend onderzoek rond het fenomeen erfgoed en zijn relatie met geschiedenis(sen). Zo kan bijvoorbeeld in het onderzoek van corporaties (ambachten, steden…), adellijke cultuur en dynastieën vastgesteld worden dat in het oude regime inderdaad allerlei krachtige en vaak zeer oude teksten werden gemobiliseerd om claims hard te maken, processen te winnen en conflicten te beslechten. Het verleden – en de drager of bewaarplaatsen die ‘archieven’ worden genoemd – was een heus arsenaal aan krachtige teksten. Door diverse revolutionaire wetten in en na 1789 werd dat op enkele jaren tijd en met enkele pennentrekken in een groot deel van West-Europa machteloos gemaakt.

Terwijl in het ancien regime de toegang tot archieven vaak beperkt werd, precies omdat daar zo’n krachtig materiaal uit een ver of dicht verleden opgestapeld lag, was vanaf de Franse Revolutie het archief toegankelijk voor alle burgers: het werd geneutraliseerd en tot ‘bronnen’ voor historici gereduceerd. De archieven van vele corporaties en groepen werd geconfisqueerd en in staatsarchieven ondergebracht. Voor bewaarbibliotheken en museale collecties voltrok zich een soortgelijk proces. Zo werd het Louvre een openbaar museum. Verder bleek de ijver om allerlei symbolen van het feodale verleden, zoals wapenschilden, te vernietigen zo groot dat kastelen, kerken en andere instellingen in gevaar kwamen. Er werd gepleit tegen ‘vandalisme’ en voor het behoud van het erfgoed, dat van iedereen was, als monumenten..

De geboorte, of toch in elk geval de nationale doorbraak, van het begrip ‘erfgoed’ wordt op het einde van de 18de eeuw gesitueerd, in het kielzog van de Franse Revolutie, bij de bruuske overgang van het oude naar het nieuwe regime. Het lijkt me een enorme uitdaging om dit nader te onderzoeken. Bestond erfgoed dan niet voor 1789? Was het echt anders? Hoe werd het verleden (in relatie tot toekomst en heden) toen gebruikt? En als het verleden in de 19e en 20e eeuw minder belangrijk was dan de toekomst, waarom moest erfgoed dan bewaard worden? En waarom is erfgoed sinds de jaren 1980 zo’n enorme hype in Frankrijk, Engeland, bij ons en wereldwijd?

Een Erfgoeddag om goed op te volgen

Het wordt helemaal interessant als we de suggestie van Hartog proberen te begrijpen dat we vandaag de dag in een nieuwer historiciteitsregime leven. De verhoogde belangstelling voor omgang met erfgoed en geheugen (denk aan de huidige boom in mondelinge geschiedenisprojecten of herdenkingen allerhande) is volgens hem een belangrijk maatschappelijk fenomeen en een symptoom dat er iets belangrijks aan het verschuiven is of al verschoven is. Niet alleen komt het ‘verleden’ steeds dichter bij (denk aan de projecten die nu ook in Vlaanderen ‘hot’ zijn: Expo ’58, de jaren ’60, de jaren ’70, de jaren ’80…), maar er is zelfs bezorgdheid dat alles erfgoed lijkt te worden. Levend erfgoed, erfgoed vandaag, wat moeten we van nu bewaren voor later? Als Hartog gelijk heeft, dan is de hele erfgoedbeweging die we in Vlaanderen in de 21e eeuw meemaken een symptoom van grondige veranderingen in de relatie tussen heden, verleden en toekomst. Welke Grote toekomstgerichte -isme-Verhalen zijn er, naast ‘inconvenient truths’ of ‘mondialisering’? Mensen zijn in Europa niet meer zo zeker dat hun kinderen het beter zullen hebben dan zijzelf (in de wetenschap dat in het Westen in het verleden nooit zo veel mensen het zo goed gehad hebben als vandaag).

François Hartog heeft zijn ideeën in diverse publicaties verder uitgewerkt, in het bijzonder in het boek Régimes d'historicité. Présentisme et expériences du temps (Parijs, Seuil, 2002). Het moet duidelijk nóg verder uitgewerkt en verwerkt worden door anderen, door ons dus. Ik geloof dat Hartog de vinger legt op iets erg belangrijks en dat hij sleutels aanreikt. Maar zijn werk moet verder gecombineerd worden met tal van andere ideeën, modellen, onderzoeken en ervaringen. Daar probeer ikzelf een steentje toe bij te dragen, gevoed door de praktijk én door de wetenschappelijke hulplijnen en prikkels, zoals die mij via tijdschriften als Annales. Histoire, Sciences Sociales bereiken.

In het licht van deze internationale onderzoeksstroming rond historiciteitsregimes – ik heb hierbij maar één auteur, één artikel en één boek uit tientallen andere vermeld: A1-doping is legaal en aan te raden – is het duidelijk waarom de activiteiten op Erfgoeddag met veel belangstelling zullen worden gevolgd. Hoe gaat Vlaanderen, en hoe gaan met name de sleutelspelers in het cultureel erfgoedveld, om met de relatie tussen verleden, heden en toekomst? Hoe wordt erover gedacht en hoe wordt er in de praktijk mee omgegaan? Wat voor beelden en reflecties over de relatie tussen heden, verleden en toekomst worden in beeld gebracht?
 

Geef jij Hartogs hypothese een concrete invulling op Erfgoeddag? Hoe zat het bij ons met die toegang tot de archieven?

De tekst hierboven is van de hand van Marc Jacobs en werd eerder (in een licht gewijzigde vorm) door de Coördinatie Erfgoeddag gebruikt, in aanloop naar Erfgoeddag 2008 'Wordt verwacht:' Mensen met een goed geheugen zullen deze tekst herkennen.

 

Vrije tags
archief
historiciteitsregime
ancien régime
Franse Revolutie
Stop de Tijd!