Roeselare - Wielermuseum - Herbestemming van een deel van de fietsencollectie

Thema
collectiemanagement
informatiebeheer
waarderen, selecteren en herbestemmen
Aard collectie
Fietsen, rijwielen, wielertruien, -trofeeën en -memorabilia. Documentaire collectie.
Context

De collectie van het Wielermuseum beslaat drie deelcollecties:
 

  • De fietsencollectie met rijwielen en fietsen die de geschiedenis en de evolutie van de fiets tot op vandaag illustreren. Het herbestemmingstraject betreft een deel van deze fietsencollectie.
  • De wielersportcollectie met truien, trofeeën en memorabilia die het verhaal van de wielersport illustreren.
  • De documentaire colectie met gedrukte en geschreven bronnen over de geschiedenis van de fiets en de wielersport.
     

Het Wielermuseum opende in 1998 binnen het Stedelijk Museum zijn deuren als een fietsenmuseum waar de historische evolutie van de fiets centraal stond. De geschiedenis van de fiets en de rijkdom en variëteit aan fietsen vormde de rode draad, zowel in de verwervingsfilosofie als in de museale opstelling. Het ontbreken van een goed omschreven verwervingsbeleid resulteerde in een grote instroom van allerhande fietsen. De wielersport kwam in de aanvangsjaren enkel aan bod in tijdelijke tentoonstellingen.

Met de tewerkstelling van oud-wielerkampioen Freddy Maertens in 2001 kwam het aspect wielersport meer op de voorgrond in de permanente opstelling en de museumwerking. Anno 2014 trok het museum met het visiedocument 'WieMu 2.0' volop de kaart van de wielersport. Het herdenken van alle museale aspecten leidde tot een nieuw beleids- en collectieplan.

De collectie werd ingedeeld in drie deelcollecties (zie boven). Binnen de fietsencollectie moeten de zogenaamde 'fietsen met een verhaal' de historie van de fiets illustreren. Maar in het nieuwe museumverhaal zal de focus voornamelijk op de koersfietsen vallen.

Met steun van de Vlaamse overheid en de Provincie West-Vlaanderen worden bovendien ingrijpende restauratie- en vernieuwingswerkzaamheden uitgevoerd (aanvang augustus 2015). Deze ontwikkelingen vormden de perfecte aanleiding om de fietsencollectie (tot op vandaag nog steeds de kerncollectie van het Wielermuseum) te herwaarderen.

Doel

De kwaliteit en samenstelling van de fietsencollectie gevoelig verbeteren dankzij een herbestemmingstraject. De collectie was immers te veel een variantencollectie waar kwantiteit boven kwaliteit primeerde.

Timing
2014 - 2015
Aantal medewerkers
Diensthoofd in nauw overleg met: wetenschappelijk medewerker, verantwoordelijke Behoud en Beheer, publiekswerker, 3 vrijwilligers voor de registratie en 1 vrijwilliger om de af te stoten objecten te documenteren.
Externe hulp
  • Vrijwilligers bij de inventarisatie en documentatie van de fietsen;
  • expertenpanel aan wie de bevindingen van de museumploeg werden voorgelegd;
  • advies van de eerste conservator.
Gebruik richtlijnen of standaarden
  • Website Depotwijzer,
  • Website FARO,
  • Cometa,
  • Handreiking voor het schrijven van een collectieplan,
  • Handleiding Collectiebeleid,
  • LAMO,
  • Op de museale weegschaal,
  • Bulkafstoting in musea,
  • ICOM Ethische code voor musea.
Concrete aanpak
  • De uitwerking van het nieuwe beleidsplan en de toekomstvisie voor het museum ('WieMu 2.0') leidde in het voorjaar van 2014 tot een vernieuwd collectieplan. Daaruit bleek o.a. dat zich een herwaardering van de fietsencollectie opdrong. Een herbestemmingstraject voor een deel van deze collectie was het logische vervolg.
  • Voor de concrete selectie werd een grondig herkomstonderzoek van de collectiestukken uitgevoerd. Dat ging gepaard met een update van de registratiegegevens en was gebaseerd op interne bronnen (aankoopfiches, schenkingsdocumenten, museumarchief ...) en externe bronnen (literatuur, websites ...).
  • In september 2014 ging het schepencollege principieel akkoord met het opstarten van een herbestemmingstraject.
  • Vervolgens werd een eerste selectielijst opgesteld voor intern gebruik, aan de hand van drie criteria. Fietsen die aan minstens twee criteria voldeden (1. dubbel in de collectie; 2. slechte bewaringstoestand; 3. niet conform het collectieprofiel), werden als 'te herbestemmen' gekwalificeerd.
  • In een tweede selectieronde werd het advies ingeroepen van een oud-fietsenmaker en de eerste conservator van het Wielermuseum.
  • Eind januari 2015 kwam een toetsingscommissie samen aan wie de werkwijze, de bevindingen en de uiteindelijke selectie van de te herbestemmen fietsen werden voorgelegd. Dit expertenpanel bestond uit vertegenwoordigers van ETWIE, de Erfgoedcel TERF, de Deelraad ErfgoedRoeselare en de provinciale depotconsulent Behoud en Beheer. Het verslag van de bevindingen van de toetsingscommissie werd door alle aanwezigen ondertekend en als motivering aan het schepencollege voorgelegd.
  • Na de goedkeuring door het stadsbestuur werd een kijkdag georganiseerd voor geïnteresseerde musea. Ook de pers werd uitgenodigd om het publiek over de herbestemming te informeren. Na afloop was zo'n 20% van de fiesten herbestemd of aan verwante musea geschonken.
  • Tijdens twee bijkomende kijkdagen kregen particulieren de kans stukken aan te kopen.
  • Na overleg met de financiële en de juridische dienst van de stad Roeselare werd besloten de verkoop onder gesloten enveloppe te laten plaatsvinden. De inkomsten worden rechtstreeks geïnvesteerd in de collectie, bijvoorbeeld voor behoud en beheer, nieuwe aankopen ...
  • Voor de geselecteerde fietsen de deur uitgingen, werden ze uitgebreid gefotografeerd door een vrijwilliger-fotograaf. Dit was een aanvulling op de digitale objectregistratie in Erfgoedinzicht (Adlib).
Andere nuttige info

Kort na de opstart van het herbestemmingstraject werden in een tentoonstelling veertig bijzondere fiesten gepresenteerd: 'De Fenomenale Fietsotheek'. Het opzetten van de expo was een goede oefening om te bepalen welke fietsen uit de collectie waardevol zijn en waarom.

Evaluatie
  • Het herbestemmingstraject nam in totaal anderhalf jaar in beslag.
  • Van meet af aan werd het stadsbestuur duidelijk op de hoogte gebracht van het traject en de verschillende stappen, aan de hand van nota's waarop het stadsbestuur positief reageerde.
Aanbevelingen
  • Durf de stap te zetten om een herbestemmingstraject op te starten. Een nakende renovatie en een volledige vernieuwing van het museum verplichten u bijna om de oefening te maken. Maar ook los hiervan is een herwaardering/herbestemming meer dan nuttig in een museum.
  • Betrek de lokale pers bij uw traject. Herbestemming komt vroeg of laat toch aan het licht. Leg uit waarom u een dergelijk initiatief opstart. Op de berichten in de regionale pers kwam slechts één negatieve reactie, die met de betrokken persoon werd uitgeklaard.
  • Trek voldoende tijd uit voor het herkomstonderzoek van de stukken. Een dergelijk onderzoek is bijzonder arbeidsintensief, maar leidt tot een beter begrip van de collectie.
  • Betrek oudgedienden van het museum bij de herbestemmingsprocedure (in dit geval was dat de eerste conservator van het Wielermuseum). Hun kennis van de collectie kan een grote hulp betekenen en tegelijk kunt u het project toelichten en kaderen.
Contactgegevens

Dries De Zaeytijd, wielermuseum@roeselare.be, 051 26 87 40