Van baby tot senior: The Whitworth Art Gallery heeft oog voor iedereen

The Whitworth Gallery

In The Whitworth Art Gallery gonst het van de activiteit. Ouders kunnen er terecht met hun baby’s. Jonge artiesten en jongeren krijgen er creatiekansen. Andrew Vaughan, learning manager in het museum, licht de educatieve werking toe en focust op de programma’s voor verschillende doelgroepen.

Natuur en cultuur

Margit Didelez (Publiekswerking Museum Mayer van den Bergh, Rubenshuis en Rubenianum): “Het museum heropende in 2015 na enkele jaren van verbouwingen. De inbedding van het museum in een park in een drukke stad was daarbij een aandachtspunt. Zo was vanaf het begin duidelijk dat het park op actieve wijze betrokken moest worden bij de museale werking én bij de verschillende publieksactiviteiten.

Een eerste voorbeeld van hoe deze relatie natuur-cultuur zich vertaalt in de publiekswerking, vinden we terug in het Early years program. Dit aanbod focust op baby’s, peuters en kleuters jonger dan vijf jaar. In dit programma ontdekken ze de collectie of tentoonstelling in de educatieve ruimte van het museum. Deze educatieve ruimte grenst aan het park en heeft grote raampartijen tot op de grond. Als het weer het toelaat, worden deze ramen opengezet en vinden de ateliers buiten plaats. Bovendien zorgen de atelierbegeleiders ervoor dat het park gebruikt wordt in de werking: zo gaan kinderen op zoek naar materialen die ze in het park vinden. Deze materialen vormen de basis voor de creatieve activiteit die de kinderen ondernemen. Alles wat de kinderen in het park vinden (natuur) vormt het ‘educatief materiaal’ waarmee ze aan de slag gaan (cultuur). Natuur en cultuur sluiten naadloos op elkaar aan en de prikkeling van zintuigen wordt via beiden gestimuleerd.

Maar niet enkel voor kinderen is de natuur rondom het museum een tactiel startpunt van de museale ervaring. Dat bewijst GROW, een participatief project waarbij ouderen door het museum begeleid worden om hun levenskwaliteit te verhogen. Specifiek gaat het om ouderen die door gebeurtenissen (zoals op pensioen gaan, het verliezen van partner/vrienden …) in sociaal isolement terechtkomen. Mentale problemen zoals depressie of angstgevoelens zijn soms het gevolg. Het museum faciliteert sociaal contact met een moestuinprogramma. Hun omgang met tuinbouw wordt als verbindend gezien: ze leren gelijkgezinden kennen met gemeenschappelijke interesses (het museum en tuinbouw) die zich in dezelfde levensfase bevinden en gelijkaardige moeilijkheden kennen. Het museum overstijgt op deze manier zijn plek als kunstbelevingsruimte en wordt een ware ontmoetingsruimte. Een ruimte waar mensen zich veilig voelen en waar er verbondenheid heerst.

De museale beleving staat dan weer centraal bij activiteiten zoals Music Baby of Language Baby, programma’s die de taalstimulatie bij kleine kinderen als doelstelling hebben. Ook heeft het museum een Young Adults Program waarbij jongeren uitgenodigd worden tentoonstellingen en festivals te ontwikkelen in dialoog met het museumteam. Met 40.000 bezoekende schoolkinderen per jaar heeft het museum als vanzelfsprekend ook een ruim aanbod voor klasgroepen uit het lager en secundair onderwijs. Tegelijk reikt het museum actief de hand naar leerkrachten, door hen speciale avondsessies aan te bieden om de collectie al doende en op creatieve wijze te leren kennen. Dit direct contact met leerkrachten zorgt ervoor dat zij makkelijker de weg vinden naar een museumbezoek met hun klas. Tegelijk is ook de impact groot: leerkrachten implementeren de creatieve praktijk die ze in het museum aangereikt krijgen in hun klaspraktijk.”

In 2015 sleepte The Whitworth de Art Fund Museum of the Year Award in de wacht. Bekijk hier het filmpje:

Activiteiten voor de jongste bezoekers

In The Whitworth Art Gallery genieten we vervolgens van twee workshops. In de Early years workshop worden we verwelkomd door Lucy Turner (Early years coordinator) en Isobel Pickup (atelierbegeleider).

Margit Didelez: “Lucy geeft eerst een korte toelichting over het Early years program, een programma specifiek voor kinderen jonger dan vijf jaar. Er wordt bijzonder veel en actief gewerkt met de jongste museumbezoekers. Baby’s, peuters en kleuters worden samen met hun ouders verwelkomd in het museum en hebben keuze uit een heleboel ateliers. Deze ateliers kennen meestal het ‘drop in’-principe: je komt en gaat wanneer je wil. Zo blijven sommigen een half uur terwijl anderen tweeënhalf uur participeren. Doordat er niet met inschrijvingen wordt gewerkt, is de drempel laag en de participatie hoog.

Lucy vertelt dat ze het programma voor deze jonge kinderen op zo’n manier opstellen dat binnen de jonger-dan-vijf-groep elke weekdag een andere leeftijdsgroep aan bod komt. Er wordt resoluut gekozen voor verdieping: op een dag dat er baby’s in het museum zijn, bots je niet op nieuwsgierige kleuters, en vice versa. Op die manier heeft elke leeftijdsgroep optimaal de museumzalen en educatieve ruimte voor zich.

The Whitworth

Een voorbeeld van het programma is Music baby, waarbij ouders en hun baby’s in de museumzalen kunnen luisteren en kijken naar live muziek. Dit aanbod is er natuurlijk voor de kleinsten, die andere baby’s leren kennen, maar ook voor de ouders. Mensen die recent moeder of vader geworden zijn leren anderen kennen die gemeenschappelijke interesses hebben (het museum en de collectie zijn hier de verbindende factor) én die zich in dezelfde levensfase bevinden (nieuwe ouder). Ondanks het feit dat de expliciete link met de collectie van The Whitworth ontbreekt in Music baby, iets wat zowel Lucy als Andrew toegeven, is het doel van dit aanbod het museum te presenteren als een veilige en aangename ruimte waar iedereen welkom is én iedereen een plaats heeft. Andere programma’s voor baby’s en hun ouders, focussen op taal en het zintuiglijk verkennen van ruimte en materiaal.

Om het Early years atelier voor 3-5-jarigen te leren kennen, mogen we zelf aan de slag in het drop-inlaboratorium, geïnspireerd op de pedagogiek van Regio Emilia. Zo ondervinden we zelf dat het atelier niet werkt met de traditionele materialen die je in museumateliers terugvindt. Klei, stof, houten keukengerei maar ook takken, bloemen en bladeren zijn het ‘educatieve materiaal’ waarmee we aan de slag gaan. Niet enkel het materiaal is atypisch, ook de leerdoelstellingen zijn dat. De kinderen moeten niets produceren, geen afgewerkt product maken maar kunnen vrij materiaal en ruimte verkennen. Zo ontstaan er reusachtige kleipoelen, sculpturen bestaande uit natuurlijke materialen zoals aarde en takken en weefsels van een bonte mix aan stof, draad, wol en gras. De algemene, brede leerdoelstelling is de fantasie, creativiteit en zin voor ontdekking en avontuur van het kind stimuleren. Deze niet-schoolse aanpak en het alledaagse van het materiaal zorgen ervoor dat ouders deze vorm van spel ook thuis kunnen toepassen.”

Jeugd- en studentenwerking

De andere workshop gaat dieper in op The Whitworth Young Contemporaries, het aanbod voor jongeren en jonge kunstenaars. Met een warm welkom wacht een team jonge vrouwen ons op. Sally Thelwell (jeugdcoördinator), Naomi Kashiwagi (studentencoördinator) en twee jonge artiesten geven ons een inkijk in de jeugd- en studentenwerking van het museum.

Liesa Rutsaert (Publiekswerker Huis van Alijn en MIAT): “Het team focust zich op 15 tot 25-jarigen in de stad en omgeving. Aangezien het museum gelegen is in een universiteitscampus, zijn er heel wat mogelijkheden om jongeren en studenten kennis te laten maken met kunst.

Het Whitworth young contemporiaries maakte deel uit van het vierjarige nationaal jongerenprogramma (CIRCUIT). Het museum startte drie initiatieven waarmee ze met en voor jongeren een positief verschil wilden maken. Het zorgde voor een hele nauwe betrokkenheid van de doelgroep met de rest van de werking.

Student Social is het studentenprogramma van het museum. Cocreatie staat daarbij hoog op de agenda. Elke woensdagmiddag staan er verschillende culturele activiteiten op het programma. Workshops, uitstappen, kunstfeestjes enz. vullen de galerijen. Ze worden georganiseerd door studenten die op deze manier de mogelijkheid krijgen de culturele wereld te leren kennen, werkervaring op te doen en een netwerk in de sector op te bouwen. Voor de deelnemende studenten is het een ideale gelegenheid om hun creativiteit te uiten en sociale contacten te leggen. Het WARP-festival was een van de hoogtepunten uit 2016. Vele jonge vrijwilligers toverden het volledige park om in een festivalweide met live concerten, theater, dansvoorstellingen, workshops enz. Het gratis evenement zorgde voor een divers en nieuw publiek in de galerijen.

Daarnaast mogen jongeren en studenten elke donderdagavond hun stem laten horen in het museum. Tijdens een informeel moment krijgen ze de mogelijkheid hun gedachten, meningen en ideeën te uiten aan curatoren en de jeugd- en studentencoördinator. De vrije ingang maakte dit initiatief uitermate populair. Het museum is ook niet bang om kunstwerken van jonge artiesten een plaats te geven in het museum en het omringende park. Een leercentrum geeft hen daarbij de mogelijkheid verder onderzoek en opzoekingswerk uit te voeren. Aangezien kunst steeds minder draagkracht heeft in het Brits onderwijs, is het museum een verademing voor het jonge talent in Manchester. Het geeft hen een platform, de juiste omkadering en veel groeimogelijkheden.”

Meer info: http://whitworthyc.org.uk/

Meer informatie over de studietrip naar het Verenigd Koninkrijk vindt u op deze pagina, waar u meteen ook een overzicht vindt van alle blogberichten in het kader van de reis.

Katrijn Dhamers