Mediëvistiek en publiek: een negotiated agreement?

Zijn de middeleeuwen meer dan kastelen, woeste ridders en belegeringen overgoten met een vleugje magie? Natuurlijk! Maar hoe kunnen we het brede publiek daarvan overtuigen? Een studiedag van de Vlaamse werkgroep voor Mediëvistiek bood heel wat stof tot discussie over de vraag hoe academisch onderzoek en publiekswerking elkaar kunnen vinden.

De deelnemers kregen een blik achter de schermen van de grote tentoonstellingen over Karel de Stoute en Rogier Vander Weyden. Avontuurlijke marathonrondleidingen in middeleeuws Brussel en ontdekkingstochten in het kustlandschap kwamen eveneens aan bod, net als de bloeddorstige voorstelling van middeleeuws strijdgeweld in games. Concurreren met dergelijk spektakel is voor een erfgoedinstelling geen sinecure. Maar ook het begrijpelijk maken van Middelnederlandse literatuur voor een hedendaags publiek is een grote uitdaging.

Academici en erfgoedactoren debatteerden tijdens de studiedag onder meer over de volgende vragen:

  • Hoe kan je het brede publiek laten proeven van het onderzoek naar de middeleeuwen? Met andere woorden, hoe kan je hen het proces van het onderzoek laten ervaren? Geschiedschrijving is immers een constructie en er kunnen dus verschillende interpretaties bestaan.
  • Hoeveel tekst kan je een bezoeker meegeven? Zijn lange teksten afschrikwekkend, of bieden zij de bezoekers juist een noodzakelijke achtergrondkennis? Wat is bovendien de relatie met de catalogus en de audiogids?
  • Hoe vind je de juiste balans tussen authenticiteit en synthese? Het publiek wil enerzijds graag vernemen hoe het er in de middeleeuwen 'echt' aan toeging, maar heeft anderzijds geen behoefte aan een stortvloed aan details. Fantasie gebruiken is uit den boze, maar een beetje verbeelding kan misschien geen kwaad.
  • Hoe laat je het hedendaagse publiek ervaren dat de middeleeuwen echt 'anders zijn'? Hoe kan je hen verrassen en de heersende clichés doorprikken? Hoe laat je hen verder kijken dan de pracht en de praal van de tentoongestelde objecten?
  • Op welke manier kunnen inspanningen van academici voor erfgoedactiviteiten gehonoreerd worden? Op dit moment spelen initiatieven voor een breder publiek immers geen rol van betekenis op het academische palmares en dat remt wellicht een aantal onderzoekers af.
Jacqueline van Leeuwen